In november 2017 heeft de Europese Commissie besloten dat het gebruik van glyfosaat nog vijf jaar lang wordt toegestaan. Boeren gebruiken dit middel als onkruidbestrijdingsmiddel. Een omstreden beslissing, want enkele lidstaten twijfelden aan de veiligheid van het stofje, noemen het mogelijk kankerverwekkend en zien mogelijke gevaren voor de volksgezondheid. Is glyfosaat echt zo gevaarlijk?
Experts over... glyfosaat
"Er zijn veel aanwijzingen dat het risico van glyfosaat bij lage blootstelling heel gering is. Met name in Nederland zijn alle partijen bij de les en dringen het gebruik van deze middelen steeds verder terug. Maar er zijn natuurlijk ook landen waar ze minder bescherming beschikbaar hebben en ook minder weten over veilig gebruik. Daar zie je wel meer problemen. Gelukkig kijken ook daar steeds meer partijen naar manieren om het gebruik te verminderen.
Het mechanisme van glyfosaat in het lichaam duidt er wel op dat het mogelijk gevaarlijk kan zijn. Ook is er in Amerika een grote gezondheidsstudie onder boeren uitgevoerd, waarin opnieuw aanwijzingen zijn gevonden dat mensen die meer worden blootgesteld aan glyfosaat meer gevallen van kanker optreden. Het gaat hier om een associatief verband, niet om een oorzakelijk verband. Toch gaan veel wetenschappers op de stoel van bestuurders zitten en zeggen dat ze het niet meer zouden gebruiken. Maar volgens mij moeten we onze energie eerder richten op het beantwoorden van de openstaande vragen. Nu de toelating is verlengd komt er in Europa mogelijk een budget beschikbaar voor onderzoek naar de effecten van glyfosaat-houdende middelen op gezondheid en milieu."
“Ik vind dat we niet alleen moeten kijken naar kanker. Het is namelijk al onomstreden bekend dat glyfosaat schadelijk is voor je darmen. Het bindt daar aan bacteriën en richt schade aan. Omdat darmen heel belangrijk zijn voor ons immuunsysteem, kan glyfosaat dus echt wel kwaad. Wat verder de lange termijn effecten zijn is lastig te bepalen. Wat wij in ieder geval wel zien is dat het glyfosaat niet rustig in de grond blijft zitten, zoals andere onderzoeken aannemen. Het molecuul verspreidt zich door de lucht en via het grondwater. Daar moeten we dus zeker rekening mee houden.
Normaal gesproken beroepen we ons hier op het voorzorgsprincipe. Als ik een auto op de markt breng moet ik ook honderd procent zeker zijn dat hij remt. Als er ook maar enige twijfel over is, komt het niet op de markt. Bij plantenbestrijding is het blijkbaar andersom. Volgens mij is de beste oplossing om glyfosaat nog wel een tijdje toe te laten, maar wel meteen geld te stoppen in alternatieven. Er zijn duurzame technieken die het onkruid net zo goed weghalen, maar die zijn nu nog wel een stuk duurder.”
“Het bewijs in dierstudies is duidelijk: glyfosaat veroorzaakt kanker in mannelijke muizen. Dus ik twijfel er niet aan dat deze stof kanker kan veroorzaken. Maar het is nog maar de vraag of het ook kanker veroorzaakt in de dosis waarin wij het nu gebruiken. Om daar achter te komen moet je eigenlijk meer onderzoek doen. Alleen is een grootschalige risicoanalyse nog niet gedaan, omdat er nog mensen twijfelen aan het gevaar.
De wet in Europa lijkt heel duidelijk: als een pesticide een risico lijkt voor kanker, moet je het verbieden. Maar het is bij glyfosaat blijkbaar niet geaccepteerd dat dat risico voor kanker bestaat. Volgens mij ligt dat aan de wetenschappers, die zijn niet duidelijk geweest in het evalueren van de resultaten en het communiceren naar de beleidsmakers. Europese onderzoeksorganisaties als de EFSA en ECHA moeten een duidelijk overzicht kunnen geven van al het onderzoek dat er naar zo’n onderwerp is gedaan, maar ze kijken niet naar de oorspronkelijke data en dat zorgt voor een vertekend beeld. Er zitten fouten in het systeem, al die instanties zouden toch dezelfde conclusies moeten trekken uit dezelfde data? Dan zou iedereen zien dat glyfosaat wel degelijk gevaarlijk kan zijn.”