De productie van veel generieke medicijnen is in de afgelopen jaren voor een groot deel verplaatst naar China. Vaak is de productie van een actieve stof geconcentreerd in een handvol fabrieken. In Europa wordt haast niets meer gemaakt; geen actieve stoffen en niet de productie van het uiteindelijke medicijn.
Zo produceert Europa sinds de jaren 90 op één fabriek in Oostenrijk na ook geen antibiotica meer. Een urgente kwestie, zegt Dr. Sander van Kasteren, die met zijn groep aan de Universiteit Leiden onderzoek doet naar de manier waarop antibiotica bacteriën bestrijden. “We kennen allemaal de dreigende antibioticaresistentie, maar dat de productie naar het buitenland is verplaatst, is net zo belangrijk”, zegt hij.
Dat de productie plaatsvindt in China, hoeft geen probleem te zijn, aldus Marijn Verhoef van de Access to Medicine Foundation. Deze organisatie zet zich in om mensen wereldwijd toegang te geven en te laten behouden tot geneesmiddelen. “Het is voor duurzame toegang tot geneesmiddelen vooral belangrijk dat fabrieken aan milieu- en kwaliteitseisen voldoen. De fabrieken zijn nu niet altijd transparant genoeg over hoe ze kwaliteit beheren en het milieu beschermen. En per geneesmiddel is de productie vaak sterk gecentraliseerd, wat het aanbod in gevaar kan brengen. Toen er een explosie plaatsvond in een enkele Chinese fabriek, zorgde dat meteen voor een wereldwijd tekort aan het belangrijke antibioticum piperacilline-tazobactam – niemand anders maakte het.”
En zo’n tekort kan grote gevolgen hebben. Antibiotica vormen de ruggengraat van ons medische systeem, meent professor Nathaniel Martin, die onderzoek doet naar de ontwikkeling van nieuwe soorten antibiotica. “Antibiotica helpen ons niet alleen door bestaande infecties te bestrijden, maar ook door andere behandelingen mogelijk te maken. Bij bijvoorbeeld een heupoperatie of chemotherapie wordt preventief een kuur voorgeschreven. Zonder antibiotica zouden die behandelingen veel meer slachtoffers eisen. Die bescherming komt nu in gevaar door onze eigen zuinigheid.”
De oplossing van de verplaatste medicijnproductie is complex. En voor antibiotica is er nóg een probleem, zegt van Kasteren. “Het is bijna een paradox. Hoe meer antibiotica je voorschrijft, hoe meer geld je er aan kunt verdienen, maar ook hoe eerder de bacteriën resistent worden. Commercialisering is per definitie slecht voor je antibioticum. Daardoor zijn er weinig bedrijven geïnteresseerd in het ontwikkelen hiervan”.
De Access to Medicine Foundation zet zich in voor duurzame en verantwoorde product van antibiotica. “Wij erkennen publiekelijk bedrijven die bijdragen aan het oplossen van het probleem van antibioticaresistentie door verantwoorde productie. Zo hopen we dat er een soort ‘race om het juist te doen’ ontstaat.” En dan over verplaatste productie: “Het verplaatsen van antibioticaproductie is een kwestie van beleid en financiering en niet zozeer van wetenschap.”
Martin ziet een ‘race naar de laagste prijs’. “Voor bepaalde antibiotica geldt dat je die in Duitsland kan produceren, voor 46 eurocent per dosis. Maar de meeste West-Europese ziekenhuizen betalen maximaal 16 cent per dosis. Mensen zijn soms verontwaardigd dat er zoveel wordt verdiend aan bepaalde nieuwe medicijnen, maar deze misplaatste zuinigheid vind ik net zo erg.”
De huidige coronacrisis zou dit probleem wel eens goed op de kaart kunnen zetten, denkt van Kasteren. “Ik denk dat even met de neus op de feiten worden gedrukt, zoals dat nu gebeurt, een grote stap gaat zijn. Zo kunnen we uiteindelijk richting een model dat minder gedreven is door het willen van het goedkoopste product. Als je weet welke financiële en maatschappelijke schade dat uiteindelijk kan voorkomen, is dat toch de voordeligste optie.”