Menu

Experts over... het niveau van scheikundedocenten

Zorgt het tekort aan scheikundeleraren voor een lager niveau in de klas?

Al jaren kampen middelbare scholen met een tekort aan leraren scheikunde. Om dit op te vangen zetten veel scholen tweedegraads docenten voor bovenbouwklassen of laten ze zelfs onbevoegde docenten les geven. Blijft het niveau van de scheikundelessen nog wel gegarandeerd met dit gebrek aan eerstegraads docenten?

Fer CoendersDocent lerarenopleiding - Universiteit Twente

“Ik denk dat het niveau op de scholen nu nog niet daalt. Maar we komen langzamerhand op het punt dat we ons meer zorgen moeten gaan maken. Zelfs in het oosten van het land beginnen tekorten te ontstaan, ook hier stromen tweedegraders door naar de vierde klas van de bovenbouw.

Er komen steeds meer eerstegraders vanuit het hbo. Dat zijn vooral tweedegraders die doorstromen naar een hbo-master. Maar die doorstromers missen echte onderzoekservaring bij een onderzoeksgroep. Ze weten niet dat onderzoek doen lang niet altijd even spannend en geweldig is. Je moet verrekte hard werken en soms lukt het ook heel lang niet. Door het gebrek aan deze kennis hebben ze soms een statisch beeld hebben van de natuurwetenschappen. Terwijl die wetten ook veranderen en alleen gelden onder bepaalde voorwaarden. Dat ga je natuurlijk niet aan derdeklassers vertellen, maar je moet het zelf wel begrijpen. En je moet leerlingen motiveren en ze in aanrakingen brengen wetenschap.

Er is volgens mij geen makkelijke oplossing voor het lerarentekort. Het aantal studenten in scheikunde en verwante richtingen trekt aan, maar het duurt vaak even voor we daar in het voorgezet onderwijs de effecten van zien. Volgens mij moet de overheid het aantal uren dat docenten voor de klas staan drastisch naar beneden brengen om zo het docentschap aantrekkelijker te maken en meer bij de tijd te brengen. Maximaal 20 uur lesgeven en iedere docent minimaal een middag in de week tijd geven om aan hun eigen ontwikkeling te werken.”

Huib van DroogeVoorzitter - NVON

“Ik vraag me sterk af of het niveau in de klassen daalt, maar je ziet wel verschil tussen eerstegraads docenten die een universitaire studie hebben gedaan en de docenten die van het hbo komen. Je merkt vooral op het vwo dat docenten van het hbo het onderzoeks gedeelte missen. Het zijn allemaal goede docenten en ze hebben prima didactische kwaliteiten, maar op het hbo krijg je gewoon een minder goede wetenschappelijke achtergrond. En op het vwo kom je wel in aanraking met leerlingen die slimmer zijn dan jij, dan moet je wel een goede basis hebben om ze te doceren. Leerlingen hebben meteen door hoe ver je boven de stof staat en wat voor niveau je hebt.

Percentueel hebben we bij scheikunde het hoogste percentage tekorten, maar er moet wel iemand voor de klas staan, dus vaak onbevoegden. Eigenlijk een slechte zaak dat er zo over wordt gedacht. De enige oplossing is dat er meer bevoegde docenten komen. Ik ben er zelf minder somber over want volgens mij gaan er nu zo veel mensen scheikunde studeren dat de industrie niet genoeg banen te bieden heeft. Er komen dus vast meer mensen in het onderwijs terecht. En het onderwijs heeft ook wel voordelen, zo heb je relatief snel een vaste baan als bevoegd docent. Hopelijk realiseert nieuwe kabinet zich dat goed onderwijs een investering is voor de toekomst en dat je daar geld in moet stoppen.”

Emiel de KleijnLeerplanontwikkelaar scheikunde - SLO

“Op dit moment kunnen we uitermate moeilijk bevoegde docenten krijgen, zowel eerstegraads als tweedegraads. Maar onbevoegde docenten voor de klas zetten is vragen om problemen. Misschien hebben ze wel een andere bevoegdheid en kunnen ze de leerlingen wel bezig houden, maar zo’n persoon kan geen perspectief bieden. Ze kunnen de koppeling niet maken tussen wat er in het boek staat en de wereld waarin de leerlingen leven en de relatie leggen met de wetenschap en chemische industrie. Dat is belangrijk om de leerlingen te motiveren en ze te laten zien wat ze met scheikunde kunnen.

Ondanks dit tekort blijft het niveau nu nog hoog genoeg, maar het kan beter. Als beginnend docent heb je je bord vol aan klassenmanagement, het voorbereiden van je lessen en het maken van toetsen. Het zou goed zijn als ze na een jaar of vijf op een vervolgcursus moeten waarop de vakkennis weer bijgespijkerd wordt. Je kunt dan kijken je didactische vaardigheden uitbreiden en leren over recente interessante ontwikkelingen in het chemisch onderzoek en de vernieuwingstrajecten in de chemische industrie.

Ik denk dat we er de afgelopen jaren goed in geslaagd zijn om leerlingen te enthousiasmeren voor scheikunde-studies. Maar de groep ervan die uiteindelijk een lesbevoegdheid gaat halen stagneert. En de onder van de docenten is ook nog vrij groot. Niet omdat ze onvoldoende opgeleid zijn of het niet aankunnen, maar omdat in het begin alles nieuw is. Bovendien krijgen ze beperkte lesuren en het carrièreperspectief is slecht. Zeker als je het vergelijkt met het bedrijfsleven. Je hebt zo veel andere mogelijkheden dat het onderwijs niet aantrekkelijk genoeg is. Je moet dus investeren, want juist die docenten moeten leerlingen weer enthousiast maken voor bèta studies.”